Gesprek 2016

Na een enerverende eerste periode van schooljaar 2015-2016 waarbij er veel tijd gestoken is in het completeren en op orde brengen van oude studentendossiers en het voorbereiden van de nieuw af te nemen examenprojecten werden we als team onderworpen aan een interne audit door de Dienst Onderwijs en Kwaliteit. Hieronder enkele passages uit het eindrapport betreffende mijn rol als examencoördinator :

De examencoördinator weet goed wat van hem verwacht wordt. Hij geeft aan het prettig te vinden dat de verantwoordelijkheid voor de examinering nu in het team gekomen is. Een aantal zaken dat mis is gegaan, zoals het op orde hebben van de dossiers en het gebruiken van de juiste exameninstrumenten en beoordelingsinstrumenten, werd veroorzaakt doordat het team van bepaalde zaken niet op de hoogte was gebracht. Door de rol van examencoördinator in het team te brengen, is meer kennis beschikbaar, bijvoorbeeld over wetgeving. De examencoördinator geeft aan dat docenten hem ook goed weten te vinden met vragen. De verbeterpunten haalt hij in het teamoverleg naar voren en vraagt wat ervan is gerealiseerd. Hij geeft aan meer tijd nodig te hebben voor het uitvoeren van zijn taken. Dit heeft deels te maken met achterstallig onderhoud. Er is nog weinig contact geweest tussen de examencoördinator en het Hoofd Examinering. Er staan wel overlegmomenten in de planning en er zijn sessies met examencoördinatoren. De steekproeven die zijn uitgevoerd door de subexamencommissie worden teruggekoppeld naar het team. De examencoördinator geeft aan hier wel iets mee te kunnen. In het contact met het examenbureau loopt de examencoördinator ertegenaan dat het examenbureau anderhalve dag per week dicht is. Dit zorgt ervoor dat niets geregeld kan worden als tijdens het examen stukken gemist worden.

Na enkele maanden wachten was er dan ook het inspectierapport. Hierin werd het oordeel geveld over een vijftal opleidingen van ROC Friese Poort waaronder ook de opleiding waar ik verantwoordelijk voor ben gesteld. Hieronder enkele citaten uit het rapport over de opleiding Applicatieontwikkelaar met reflectie :

Het programma kent voldoende samenhang en biedt voldoende maatwerk. Het docententeam heeft met krachtige inspanning het curriculum de afgelopen jaren aangepast en opnieuw afgezet tegen het kwalificatiedossier.

Gezien het feit de opleiding uit “los zand” bestond was er een behoorlijke aantal vsv’ers en mede door de opleiding aan de Technische Leraren Opleiding is ervoor gekozen om voor het onderwijskundig onderzoek een onderzoek te doen naar een curriculum en tevens een curriculum te ontwerpen en dit kon meteen ingezet worden bij mijn werkgever. Hierbij zijn de modules en projecten tegen het licht gehouden en zoveel mogelijk afgezet tegen het kwalificatiedossier en gekoppeld aan de werkprocessen uit de kerntaken. Hierbij is ook gekeken naar de samenhang en zijn de modules die er niet toe doen (met name uit ICT Beheer) vervangen door actuele programmeer- en webtalen. Daarbij is één en ander vastgelegd waardoor het voor studenten duidelijk is wat er per module en project van hen verwacht wordt en geeft dit houvast voor de studenten die hun studie versnellen en mede hierdoor een snellere doorstroom naar het HBO maken.

De studenten ervaren het programma als passend en duidelijk. Het bieden van maatwerk is een sterk punt bij deze opleiding. De instelling biedt mogelijkheden voor vertragen en versnellen van de opleiding. Bij opdrachten zijn verdiepingsopdrachten beschikbaar. Mogelijkheden voor differentiatie, met name versnelling, stimuleert het team actief. Student en docent bespreken de mogelijkheden en stellen gezamenlijk een planning op. Diverse studenten hebben de driejarige opleiding in twee jaar gevolgd.

Zoals in de vorige paragraaf al aangegeven over de mogelijkheid tot versnelling en daardoor het bieden van maatwerk wordt dit als zodanig ook door de studenten ervaren.

Het didactisch handelen, de leertijd en leeromgeving beoordelen we als voldoende. Het leerklimaat is te typeren als positief, respectvol en veilig. De lessen kennen gevarieerde werkvormen. De docenten volgen de individuele leervorderingen zorgvuldig, de elektronische leeromgeving (ELO) wordt hierbij volop benut. In ons gesprek met de studenten, waren de studenten unaniem tevreden over de toegankelijkheid en vakkundigheid van de docenten en de ondersteuning en begeleiding die zij ontvangen. Voor de onderdelen Nederlands, Engels en rekenen volgt de student een individueel traject. Loopbaan en Burgerschap wordt interactief in groepen vormgegeven.

Opnieuw mooi om te lezen dat onze verbeterslag daadwerkelijk zijn vruchten heeft afgeworpen.

Studenten worden vooraf goed geïnformeerd over de studie en de mogelijkheden op de arbeidsmarkt. De studenten hebben frequent een individueel studieloopbaangesprek.

Tijdens de Beroepen Oriëntatie Markt op onze vestigingen, de Open Dagen en tijdens de studie worden studenten geïnformeerd over de studie en de mogelijkheden op de arbeidsmarkt. Verder worden de voortgang van de studenten voortdurend gemonitord en vinden er met grote regelmaat gesprekken plaats en een kort verslagje hiervan wordt in de ELO als gespreksnotitie opgeslagen.

De beroepspraktijkvorming beoordelen we als voldoende. Tijdens de opleiding zijn er twee periodes van beroepspraktijkvorming. Voor de oriënterende periode is een handboek met opdrachten beschikbaar. De studenten geven aan dat zij bij het leerbedrijf een adequate begeleiding in de praktijk ervaren en voldoende ruimte krijgen om te leren. Begeleiding door de instelling is eveneens doeltreffend. De voortgangsgesprekken en het logboek vormen onderdeel van de studieloopbaanbegeleiding en worden vastgelegd in ELO.

Vorig jaar is er afgestapt van de papieren versie van het stageboek en is over gegaan op digitaal BPV-materiaal in een daarvoor bestemde studieroute. Dit materiaal is samengesteld door de BPV-Coördinatoren en op de vestiging is het door mij ingericht. Daarbij is er een extra Silverpoint-applicatie gemaakt met daarin extra informatie die enkel voor onze vestiging geldt. Verder is ook hier te zien dat de ELO centraal staat bij het vastleggen van de gesprekken met de studenten.

De examinering en diplomering beoordelen we als onvoldoende, omdat niet voldaan is aan de aspecten exameninstrumentarium en afname en beoordeling. Het exameninstrumentarium voldoet niet, omdat het onvoldoende aansluit op de uitstroomeisen en niet voldoet aan de toetstechnische eisen. Het beroepsgerichte examenmateriaal is zelf ontwikkeld.

De PVB-documentatie is door Friese Poort zelf ontwikkeld en qua opmaak is het slecht en er zitten fouten in. Toch is dit document ooit vastgesteld en is er in mijn opzicht niet zorgvuldig gekeken naar het document. Zo staat op pagina 4 “De kwalificatie Applicatieontwikkelaar bestaat uit een viertal kerntaken, waarvan er drie in de proeve van bekwaamheid in een bedrijf worden getoetst”. Dit is pertinent onjuist want alle kerntaken worden in het bedrijfsleven getoetst. Verder wordt er nog steeds het oude crebonummer 90020 gebruikt in plaats van 95311.

De meest recente diplomering heeft aan het eind van het schooljaar 2013-2014  plaats gevonden. Het examendossier van de (enige) examenkandidaat is echter incompleet wegens het verstrijken van de standaardbewaartermijn op de vestiging – in tegenstelling tot de met de mbo-raad gemaakte afspraken. Het gemaakte werk met achterliggende stukken ontbrak in het dossier.

Alle examendocumentatie wordt als sinds schooljaar 2011-2012 door mij als assessor bewaard in de ELO. Hiervoor wordt per student een projectmap aangemaakt en de documentatie wordt enkel beoordeeld als deze in de projectmap aanwezig is. Dit zorgt er tevens voor dat de documentatie wordt bewaard, maar helaas is er door het beheer van de ELO voor gekozen om de documentatie op enig moment te verwijderen. Daarnaast is er door de wisseling van docenten telkens geen correcte overdracht geweest waardoor het analoge dossier van de student in zijn geheel incompleet was. Jammer dat men dit heeft geconstateerd, mede omdat door mijn persoon meermaals was aangegeven dat ik als studieloopbaanbegeleider niet op de hoogte werd gesteld rond de summatieve toetsing bij de AVO-vakken, maar telkens als ik hierover begon werd me verteld dat ik me niet met de AVO-vakken bezig diende te houden.

De examenprocessen van afname en beoordeling voldoen niet, omdat deze voor het beroepsgerichte deel onvoldoende deugdelijk zijn verlopen. Er is sprake van diverse tekortkomingen. Zoals hiervoor over het exameninstrumentarium is aangegeven, moeten de omvang en de aard van de uit te voeren pvbopdrachten in het bedrijf vooraf worden beoordeeld. Gegevens omtrent deze beoordeling ontbreken in de examendossiers, waardoor controle achteraf hiervan niet mogelijk is. De beoordeling van de uitgevoerde opdrachten vindt plaats door de vakdocent die zowel vaktheorie geeft, de bpv begeleidt en studieloopbaanbegeleider is. In tegenstelling tot hetgeen in het stappenplan bij de proeve is vermeld wordt er niet in alle gevallen een tweede docent bij de beoordeling ingezet. Slechts bij twijfel, ter beoordeling van de betrokken vakdocent, wordt een tweede docent geraadpleegd. Daardoor is er in onvoldoende mate sprake van een objectieve beoordeling en een betrouwbare uitkomst.

Mede door het kleine team is het niet altijd mogelijk gebleken om de PVB vooraf goed te beoordelen en derhalve is de documentatie daaromtrent inderdaad niet compleet. Tevens is het inschakelen van Robert lastig omdat hij nog maar voor een klein deel binnen het team werkzaam is. Maar goed, het afgeven aan een collega die ongezien tekent zorgt immers ook niet voor een hoge mate van objectieve beoordeling.

De uit te voeren opdrachten binnen de pvb worden achteraf in één keer beoordeeld en niet in een eerder stadium bij voltooiing van de afzonderlijke opdrachten. Dat gebeurt pas na een ingeleverd portfolio en de eindpresentatie met het reflectiegesprek, door de genoemde vakdocent en de praktijkbeoordelaar. Daar komt bij dat de rol van het reflectiegesprek bij de beoordeling onduidelijk is omdat verslaglegging van de gespreksonderwerpen ontbreekt. Ook deze gang van zaken komt de betrouwbaarheid van de beoordeling niet ten goede.

Voordat de student zijn eindpresentatie geeft is het verslag door mij al meermaals bekeken en is er feedback op gegeven, zoals in onderstaand voorbeeld :

logboek examenproject

Zoals in het bovenstaande te zien is zijn kerntaak 1 en 2 gedurende het examen beoordeeld en besproken.

In de examensystematiek dienen beoordelaars niet alleen bij een onvoldoende, maar ook bij een voldoende of goede beoordeling van een werkproces een motivatie te geven. Deze onderbouwing is echter doorgaans summier; een adequate onderbouwing zou het zicht van de examencommissie op de betrouwbaarheid vergroten.

Gezien het feit dat er voor de PVB doorgaans te weinig uren in de jaartaak zijn opgenomen is de constatering volledig terecht. Voorbeeld naar aanleiding van de urenverdeling 2014-2015 : In periode 3 en 4 zijn er 30 uur per periode voor de PVB’s, in totaal 60 uur. Hierin moeten de niveau 3 examens voorbereidt, afgenomen en beoordeeld worden en dat komt neer op zo’n 16 uur. Blijft er 44 uur over voor de PVB’s van niveau 4 en aangezien er door het gehele jaar 22 studenten geëxamineerd zijn is dat 2 uur per student. Daarvoor hoor ik 3 maal op locatie te zijn (uitdelen PVB documentatie na controle portfolio, tussentijdse evaluatie en eindpresentatie) waarbij ik in totaal 3,5 uur aanwezig ben, en dat is dan zonder reistijd. De documentatie wordt gemiddeld 2 maal in zijn geheel doorgenomen en voorzien van feedback in de ELO, hetgeen ongeveer 3 uur per student kost. Aan het eind is dan de presentatie en dient er samen met de praktijkbegeleider de beoordelingslijst ingevuld te worden en dan hoort daar ook een goede onderbouwing bij. Voor het gemak heb ik die tijd al meegenomen bij de derde maal op locatie zijn. Al met al kom ik, nog steeds zonder reistijd uit op 6,5 uur per student waarvoor er uiteindelijk 2 uur beschikbaar zijn. Gemiddeld zal de tijd per student ongeveer 9 uur zijn voor de afname van een PVB in het bedrijf.

In mijn vrije tijd ben ik begonnen om de modules die ik geef en de projecten voor de opleiding Applicatieontwikkelaar aan te bieden in digitale vorm. Het grote voordeel hiervan is dat het enerzijds de boekenlijst in toekomst grotendeels overbodig maakt en dat studenten geen projectomschrijving meer op papier krijgen en vanaf elk medium met internetverbinding bij de materialen kunnen.

module1

Zoals te zien is begint elke module met een planning. Hierin staat per week aangegeven welke theorie er behandeld wordt en welke praktische opdrachten daarbij gemaakt dienen te worden. Verder is er ook een koppeling met het kwalificatiedossier want de kerntaken en werkprocessen die afgedekt worden met deze module staan vermeld.

module2

Bovenaan elk tabblad per week staat in een tabel vermeld wat de doelstelling van de les is, wat de benodigdheden zijn, de in te leveren opdrachten en links naar websites met aanvullend materiaal.

Vervolgens staat er een kort stuk met theorie en onderaan staan de opdrachten die bij deze theorie horen. Omdat ik het belangrijk acht dat de studenten “doen”, beslaat de theorie niet meer dan enkele paragrafen en staat er ook alleen theorie die relevant is. De opdrachten zijn bewust ook wat kleiner en lopen op in moeilijkheidsgraad zodat het voor de student mogelijk is om elke les enkel opdrachten met succes te maken en dat zorgt voor motivatie.

Verder acht ik het belangrijk om de les ook te beginnen met theorie. Kort en bondige uitleg met ook gelegenheid tot het stellen van vragen, zowel van mijn kant als van hun kant. Elke nieuwe module wordt gestart met een mind-map om te zien welke kennis al aanwezig is. Als de studenten de theorie bestudeerd hebben en de opdrachten zijn gemaakt, dan dienen de uitwerkingen in de ELO geüpload te worden in de corresponderende inleverbak :

module3

Na het inleveren kan ik de code bekijken en aan de hand van de strekking van de code beoordelen of deze correct is of niet.

Na overleg met AB en Bettine over het Plan Van Aanpak ICT zijn mijn taken besproken als examencoördinator. Uit het inspectierapport was gebleken dat de evaluatie van de student onderbelicht is gebleken en daar moeten we mee aan de slag. Als IT’er is dat natuurlijk koren op mijn molen en diezelfde avond heb ik een online evaluatieformulier gemaakt en de stijl van de website van Friese Poort :

evaluatie examenproject

link naar het online formulier

Externe examinering
Op verzoek van het team doorstroomtrajecten Defensie uit Leeuwarden ben ik op 23 en 24 februari aanwezig geweest als assessor voor de examens Medewerker Beheer ICT en heb daarbij een rol gespeeld bij kerntaak 1 en 2. Na aankomst op de Generaal Majoor Koot kazerne in Garderen zijn de examens op 9:00 gestart met een groep van 11 militairen, Auke Bijlsma (eerste assessor) en ik (tweede assessor).

Tip’s :

Top’s :

 

 

 

 


 

Zaken waar ik persoonlijk tegenaan gelopen ben :

  • in de jaartaak staan uren voor examencoördinatie, echter zijn deze niet voor de invulling ervan en dus zonder uren alle documenten opgesteld, ingelezen etc.
  • het opruimen van de oude dossiers heeft al met al een complete werkweek gevuld
  • 8 dagen examens afgenomen tussen de lessen door
  • examenstukken te laat aangeleverd door de senior onderwijskundige en dus geen tijd gehad voor een goede voorbereiding
  • door de inspectie, de examinering voor 1 oktober en de interne audit konden er geen stagebezoeken gepland worden (mede ook door het voortdurend veranderende rooster)
  • de eerste ontwikkelmiddag (IHKS) werd opgevuld met de overname van uren voor een zieke collega en de diplomering
  • door het blokkeren van het bewerken van de Silverpoints kon bestaand lesmateriaal niet aangepast worden
  • software die vorig jaar werkte deed het niet meer en na 12 weken ploeteren met installeren en configureren draaide het eindelijk in lokaal A205 en in de volgende periode werden de lessen gepland in A2.07
  • door het continu veranderende rooster is het maken van een planning voor de SLB-gesprekken een crime geworden
  • het aanmaken van digitale toetsen lukt niet meer. De oude client doet het niet en de nieuwe kan niet eens geïnstalleerd worden door een error. Ondanks de verplichte cursus kunnen we inmiddels een jaar later de toetsmodule nog steeds niet gebruiken
  • de curriculumtool is door mij niet meer te benaderen en derhalve kan ik geen informatie meer boven water halen rond de curricula van de cohorten 2013 en 2014
  • aanvraag gedaan (met Ab) voor rechten op de J-schijf, echter waren deze na 3 weken na de aanvraag nog niet geregeld waardoor ik vanuit huis de netwerkschijf kon opruimen
  • zonder overleg was de printer op de afdeling verdwenen waardoor we wekenlang niet konden printen
  • op tijd aanvragen van de POK’s is lastig als je geen definitieve einddatum hebt door de ingeplande examenprojecten voor klas ICTOM3A